Meemacht legitimeert corporatie

Reputatie volgt legitimatie. Communicatie-goeroes prenten het ons overal in. Als je onvoldoende legitimatie voor je werk hebt, belast dat je reputatie. Wat betekent die kennis voor corporaties?

Legitimatie begint van binnenuit. De organisatie moet goed weten waar het voor staat. En de organisatie is gelegitimeerd voor haar werk, als haar omgeving vindt dat de organisatie inderdaad voor deze goede dingen staat.

Bij reputatie wordt naar iets anders gekeken. Daar kijkt men of de organisatie de dingen die ze doet, ook goed doet. Klantenonderzoeken richten zich hier meestal op. Dat kan op consumentenniveau maar ook op bedrijfsniveau. Op bedrijfsniveau laten de meeste grote corporaties jaarlijks hun reputatie monitoren door Building Business. Maar van een legitimatie-monitor heb ik nog nooit gehoord.

legitimiteit

Vorige week nam ik deel aan een ronde tafel gesprek van de Argumentenfabriek. Centraal stond de vraag hoe de legitimering van corporaties te verbeteren. De meeste corporatiedirecteuren waren er van overtuigd dat corporaties – ondanks alle uitglijders en schandalen – de goede dingen doen. Daarbij verwezen ze graag naar de goede resultaten met de wijkaanpak. Opvallend genoeg stelt het PvdA-VVD-kabinet juist dat corporaties dat niet meer moeten doen. Voor het kabinet volstaat dat corporaties uitsluitend sociale woningen verhuren en verder niets doen.

Wat betekent dit in termen van legitimatie: corporaties deden het misschien wel goed maar van de politiek hadden ze het niet moeten doen. Daarover bestaat groot onbegrip bij corporaties. De Nederlandse wijkaanpak kent toch wereldwijd zijn weerga niet! Waarom moeten de corporaties dan toch terug in het hok? Ik vermoed omdat deze successen de corporaties niet meer worden gegund. Ze zijn te machtig geworden, te arrogant. En dan helpt het ook niet dat sommige directeuren uit de bocht vliegen. Onze legitimatie is enorm verzwakt, hoe goed we onze taken ook uitvoeren.

Woonbond

Hoe kan je dat veranderen? Eén van de gedachten betrof de machtsvraag. Ronald Paping, directeur van de Woonbond, legde het ongeveer als volgt uit: In de jaren zeventig pleitten wij voor meer zeggenschap via de interne democratisering binnen de vereniging of stichting. Maar de resultaten daarvan waren niet goed genoeg. Dus toen kozen wij voor de externe democratisering waarbij je tegenmacht organiseert buiten de corporatie. Maar ook deze tegenmacht heeft de huidige crisis niet voorkomen. Moet de Woonbond nu weer gaan pleiten voor de interne democratisering of vasthouden aan de externe democratisering? Of moeten we iets nieuws gaan uitvinden, aldus de zoekende vraag van Paping?

Zijn vraag nodigde een wetenschapper aan tafel uit om te pleiten voor meer ‘meemacht’: zorg er voor dat bewonersorganisaties en maatschappelijke groeperingen zich verbonden voelen met de corporatie. Geef ze meer zeggenschap en dan zullen ze hun ‘meemacht’ ook gebruiken om het werk van de corporatie overeind te houden. Dat klinkt logisch en spreekt mij ook aan. Maar hoe organiseer je dat op een eigentijdse manier?

Twee Huizen Model

De oplossingsrichtingen die ik voorbij heb zien gaan, zijn de coöperatie, het ‘driekamermodel’ en ‘tweehuizenmodel’. Daarin wordt macht op een nieuwe manier gedeeld. Ik ben vooral geïnspireerd door het Tweehuizenmodel maar elke corporatie kan daarin haar eigen keuze maken. Ik ben benieuwd wat het allemaal gaat opleveren?

En misschien is het een goede tip voor Building Business om naast de reputatiemonitor ook te starten met een legitimatiemonitor?